Kennisplatform beregening

Druppelirrigatie verbetert het rendement van prei

Irrigatie
“Beschikbaar water belangrijker dan precisiebemesting”
Druppelirrigatie verbetert het rendement van prei, uien en aardappelen aanzienlijk. Bij proeven, uitgevoerd door PCG en PCG, in het Belgische Oudenaarde zijn zelfs nauwelijks verschillen tussen ‘drip’ en fertigatie aangetoond. “Een meeropbrengst in droge perioden was te verwachten, maar gerichte watertoediening blijkt nog belangrijker dan vermoed. Zelfs ten opzichte van exacte mestgift.”

De droge zomers van de afgelopen drie jaren hebben het belang van irrigatie onderstreept. Om de productie en kwaliteit van de gewassen op peil te houden is voldoende water een cruciale factor. De beschikbaarheid is daarentegen een knelpunt. De proeven in België, die in het kader van de Werktuigdagen in Oudenaarde zijn aangelegd, moeten helpen in de zoektocht naar efficiënte methoden van irrigatie.

Worteldiepte
Irrigatiespecialist Gerard Schoot Uiterkamp van Jean Heybroek vindt de uitkomsten van het demonstratieproject opvallend. “Het zal niemand verbazen dat er een meeropbrengst is van de gewassen met druppelirrigatie en fertigatie ten opzichte van geen beregening. Bij prei lag de opbrengst zelfs meer dan honderd procent hoger. Dat is wel fors. Het meest opmerkelijk is toch wel de uniformiteit van de uien met druppelirrigatie en het geringe verschil met de proefobjecten waar gericht meststoffen worden aangebracht. Daaruit blijkt toch wel dat water de allerbelangrijkste factor is bij de groei van de gewassen.”

Uit een bodemprofiel bij aardappelen blijkt dat er een duidelijk verschil zit in de worteldiepte. “Het is gissen naar de precieze verklaring. Het zou kunnen zijn dat de stikstofopname veel beter is als de grond mooi vochtig is. Het gewas kan dan stressloos doorgroeien, waardoor die beter en dieper wortelt. De stikstofopname blijkt makkelijker in vochtige grond en is minder gebonden aan het moment van toedienen.”

Prei
Op de proefobjecten met prei is in de periode van 2 juli tot en met 6 september op twintig verschillende momenten in totaal 93 liter water per vierkante meter op het gewas gedruppeld. Op de percelen stond Flandria, het meest voorkomende ras in België. De grofheid en de diameter van de prei zijn voor de veiling van groot belang. “Met name op droge grond zie je dat het gewas ovaal wordt, terwijl met voldoende vocht de stronk een mooi rond wordt.”

De opbrengst zonder beregening kwam op 25 ton per hectare uit. Druppelirrigatie scoorde 45 en fertigatie 54 ton per hectare. “Er is dus wel een verschil, alleen is die niet groot. Het is de vraag of de extra investeringen voor fertigatie opwegen tegen kleine opbrengstverschil ten opzichte van drip. Bovendien kost het ook meer tijd om er voor te zorgen dat het gewas altijd die voedingsstoffen voor handen heeft.”

Druppelirrigatie scoort naar netto opbrengst, 64,2 ton per hectare, het allerbeste in de proefobjecten met uien. Ook als het gaat om maatsortering pakt drip beter uit dan fertigatie en beperkte bovengrondse beregening met standaard bemesting. “Dat is opvallend en daar hebben we nog geen goede verklaring voor.”

Uien
“De ui is een oppervlakkig wortelend gewas. Met fertigatie is het daarom lastiger om het juiste moment te vinden om de voedingsstoffen toe te dienen. Als die namelijk te veel zakken onder de wortelzonegrens, ben je het gewoon kwijt. Volgend jaar doen we weer dergelijke proeven en is het in mijn ogen de moeite waard om dergelijke zaken onder de loep te nemen. We hebben intussen wel geleerd dat het nauwkeurig toebrengen van vocht helpt om de uien zo regelmatig mogelijk en met weinig stress te laten groeien.”

Aardappelen
Drie objecten met consumptie-aardappelen van het ras Fontane laten eenzelfde positieve beeld met druppelirrigatie zien. Met name in de marktbare maat millimeter scoort druppelirrigatie goed. In de hogere maten pakt fertigatie goed uit, wat bij een totale netto-opbrengst een verschil van ongeveer drieduizend kilogram per hectare oplevert. Met onderwatergewicht is er zelfs helemaal geen verschil, terwijl er zonder beregening sprake is van drijvers. “Onderwatergewicht heeft natuurlijk invloed op zaken als stootblauw en ook bakkwaliteit.”

Interessant is voor de teler om te weten of de netto-opbrengt opweegt tegen de vaste kosten van een irrigatiesysteem en aanvoer van water. Wat is het juiste moment om over te schakelen? “Met een haspel en dus watertoediening van bovenaf kun je de droogte afwachten en op het gewenste moment inzetten. Een druppelirrigatiesysteem moet je in het voorjaar al direct aanleggen. Je werkt preventief.” Schoot Uiterkamp ziet daarin een wezenlijke verschil. Hij maakt een rekensom. “Als aardappelen vijftien cent per kilo opleveren en je rooit vijftig ton, dan kom je op €7500,00 euro per hectare. Doe je dezelfde rekensom met tien tot dertig procent meeropbrengst, dan moet een investering in drip uit kunnen. Helemaal als het rendement onder druk staat door droge weersomstandigheden. Minder uitval, minder groeischeuren en een goede bakkwaliteit moeten uiteindelijk een irrigatiesysteem bekostigen.”

“De vraag is natuurlijk wat is een normaal jaar? Ook in een seizoen dat overwegend nat is, heb je altijd momenten waarop irrigatie nodig is.” Een irrigatiesysteem moet direct na het poten worden gerealiseerd, met het oog op de positieve effecten voor de knolzetting. “In mijn optiek kan het ieder jaar uit, vooral voor hoogrenderende gewassen als frites- en tafelaardappelen, pootgoed, uien en prei.  Voor bijvoorbeeld mais en zelfs zetmeelaardappelen is het de vraag of je het kunt ‘rond rekenen’. In een groeiseizoen als dit jaar kan het wel uit, maar is het natter dan is een compleet irrigatiesysteem wellicht een brug te ver.”

Irrigeren versus haspel
Nadeel van drip is het aanbrengen van het systeem. “Veel kun je mechaniseren, toch kost de aanleg extra werk en dat in een overwegend drukke periode. In het voorjaar is het lastig om arbeid beschikbaar te krijgen. De ondernemers zelf kunnen dit er vaak niet meer bij hebben. Dat geldt ook voor het najaar.” Haspels hebben ook nadelen, benadrukt Schoot Uiterkamp. “Vervuild water begint steeds meer een ding te worden. Alles valt en staat met de bron waar je water uit wilt trekken. Wat doet een hoog ijzer- of zoutgehalte met de knol? Er zijn wel proeven, maar we weten nog te weinig.   Moeten we met filters werken? Ontijzering? Het wordt al snel te duur.”

Nieuwe onderzoeken
De proeven voor de Werktuigdagen in Oudenaarde krijgen een vervolg. De initiërende partijen – Proefcentrum voor de Aardappelteelt en  Proefcentrum voor de Groenteteelt – willen wederom objecten uitzetten om de losse eindjes aan elkaar te knopen. In Nederland lopen meerjarige projecten in Vredepeel en Lelystad met druppelirrigatie in aardappelen. “Het is wachten op de uitkomsten. Toch zie ik wel al ondernemers na de afgelopen droge jaren druppelirrigatie meenemen in de vaste investeringen. Want hoe je het wendt of keert, kwaliteitsverschil wordt dik betaald.”